Gelegen in Zuid-Azië wordt Nepal omringd door twee buurlanden: India en Tibet (China). Het land, dat een oppervlakte van 147.181 km² heeft, kan onderverdeeld worden in drie zones: het laagland in het zuiden, heuvels en lage bergen in het midden van het land en de Himalaya in het noorden. Van de veertien bergen die hoger zijn dan 8.000 meter, liggen er maar liefst acht in Nepal. Daarvan is de Mount Everest niet alleen de hoogste, maar ook de bekendste.
Route
In totaal brachten wij vierentwintig dagen door in Nepal. Daarbij reisden wij vanuit de hoofdstad Kathmandu (1) naar het startpunt van het Annapurna Circuit (2) in Besisahar, Pokhara (3), Lumbini (4), Nepalgunj (5), Thakurdwara (6) en, om de grens naar India over te steken, opnieuw Nepalgunj (5).
Buiten het Annapurna Circuit, waarbij we in negen dagen vanuit Ngadi naar Jomsom liepen, legden we zo’n 960 kilometer met de bus af. Dat komt neer op een gemiddelde van ongeveer 120 kilometer per reisdag.
Vervoer
Zowel binnen als buiten de stad is de bus een gemakkelijk en goedkoop vervoermiddel. Wie, net als de Nepalezen zelf, gebruik maakt van de lokale bussen betaalt een schijntje. Denk daarbij aan 50 tot 100 Nepalese roepies per uur.
Kies je de goedkoopste vervoersoptie? Dan hoef je niet op een comfortable rit te rekenen. Waar kun je echter wel op rekenen?
- Dat de bus overvol is. Hoe meer passagiers er immers meerijden, hoe meer er verdiend wordt. Met een houten plank, die over het gangpad aan weerszijden op de stoelen wordt gelegd, kan er gemakkelijk nog een zitplaats worden gecreëerd.
- Dat jouw gereserveerde plaats wel eens bezet kan zijn. Heb jij van te voren een kaartje gekocht? Dan kan het zijn dat je een onwillige Nepalees van jouw zitplaats moet zien te bewegen. En dat gaan niet altijd zonder slag of stoot. Pas als jij voet bij stuk houdt, vertrekken ze morrend naar achteren.
- Dat je af en toe doodsangsten uitstaat. Dicht langs de afgrond rijden? Of een ander voertuig inhalen, vlak voor een scherpe haarspeldbocht? In Nepal is dit eerder regel dan uitzondering.
- Dat de deur gedurende (een groot deel van) de reis open blijft staan. Wie zich hier (met een muts, een dikke jas en een deken) op kleedt, heeft daar echter weinig last van.
- Dat de kans dat je misselijk wordt, groot is. Hoewel de bus in zijn geheel flink heen en weer gaat, is het wiebelen in het achterste gedeelte nog een tandje erger dan vooraan. Maar geen nood. Omdat dit de Nepalezen zelf ook vaak overkomt, zijn er eigenlijk altijd wel kotszakjes aanwezig.
Ben je in een (grotere) stad? En wil je het echte Nepal ervaren? Kies dan voor de gezamelijke (taxi)bussen die overal in de stad stoppen. Vanaf 15 roepies heb je al een plek (op de schoot van een local). Besluit je een taxi te nemen? In Nepal betaal je dan een starttarief van 250 roepies (€1,85) en vervolgens ongeveer 47,50 roepies (€0,35) per kilometer.
Beste reistijd
De beste reistijd voor Nepal is doorgaans in het voorjaar of het najaar. Niet alleen is de kans op regen dan het kleinst – ook de temperatuur is dan het meest aangenaam.
Hoewel we van tevoren gewaarschuwd waren, besloten wij toch in de winter (december-januari) naar het land toe te reizen. Uiteindelijk bleek dat alleen tijdens het lopen van het Annapurna Circuit een uitdaging te zijn. Wie namelijk pech heeft, zal enkele dagen langer moet blijven omdat de pas vanwege het slechte winterweer afgesloten is. Heb je, net als wij, echter geluk en kun je de pas probleemloos oversteken? Dan heeft het lopen van de Annapurna in het winterseizoen ook zijn voordelen. Dankzij de rust is er meer dan voldoende plaats in de verschillende accommodaties.
Onze reis
Kathmandu
De Kathmandu vallei bestaat naast de hoofdstad van Nepal, Kathmandu, uit nog twee koningssteden: Patan en Bhaktapur. Samen vormen ze een trekpleister voor toeristen die de vele monumenten, tempels en paleizen komen bezoeken, toeristen die zich voorbereiden op trek- en klimtochten en boeddhistische en hindoeïstische pelgrims. Een van de populairste bezienswaardigheden, die tevens is opgenomen op de werelderfgoedlijst van UNESCO, is het Durbar plein in Patan. Naast het Durbar plein brengen ook veel toeristen een bezoek aan de Swayambhunath (een stoepa die ook wel de apentempel wordt genoemd), de Boudhanath (de grootste stoepa van Nepal en de heiligste Tibetaanse tempel buiten Tibet) en Pashupatinath, waar veel tempels liggen die gewijd zijn aan de god Shiva. Hoewel de tempel van Pashupatinath zelf niet toegankelijk is voor niet-hindoes, bezoeken veel toeristen deze plek vanwege de crematies die plaatsvinden aan de oevers van de rivier Bagmati.
Algemeen
Met Turkish Airlines vlogen wij vanaf Amsterdam, via Istanbul, naar Kathmandu. Omdat wij van tevoren al een visum hadden aangevraagd, liepen wij vrij snel door de douane. Vanuit het vliegveld namen we een taxi naar ons hostel in de wijk Thamel. Voor een privékamer met gedeelde badkamer en toilet in het Nirvana Peace Home betaalden wij €2,50 per persoon. Wie niet teveel waarde hecht aan een goede douche, zit hier prima op zijn plek. Het hostel ligt namelijk op loopafstand van verschillende restaurants.
Wat is er te doen?
Wie niet, net als ons, dwalend door de stad een halve dag verspilt, kan in een paar dagen veel zien. Wij besloten daarentegen alleen de belangrijkste bezienswaardigheden te bezoeken en daarnaast onze trip naar het Annapurna Circuit te regelen.
Pashupatinath en Swayambhunath
Besluit je, net als wij, naar Pashupatinath te lopen? Zorg dan dat je een beter richtingsgevoel en/of een betere plattegrond bij je hebt. Als we voordat we vertrokken van het bestaan van MAPS.ME hadden geweten, was het ons waarschijnlijk wel gelukt. Na een ochtend te hebben verspild, besloten we daarom een taxibusje er naar toe te nemen. Bij aankomst betaalden we duizend roepies (€8) per persoon om binnen te komen. Vervolgens betaalden we gezamenlijk nog eens duizend roepies voor een rondleiding van een gids.
Omdat de tijd inmiddels begon te dringen, besloten we niet naar de Boudhanath te gaan, maar direct de bus naar de Swayambhunath te nemen. Net voordat de zon onderging wisten we hier nog een aantal foto’s te maken. Na één keer overstappen werden we in Sundhara afgezet en wandelden we in het donker en via de kronkelstraten van Thamel terug naar het hostel.
Durbar Square
Wie het Durbar Square in Patan wil bezoeken, kan het beste de lokale bus in Ratna Park nemen. Omdat de entree ook hier duizend roepies per persoon kost, besloten wij dit keer geen gids in te huren. Met behulp van de borden, waarop veel informatie ook in het Engels staat, kun je ook jezelf rondleiden. Heb je een hoger budget? Dan is het inhuren van een gids natuurlijk wel een pré.
Is het een bezoek waard? Op het moment dat wij er waren, misschien niet helemaal. Vanwege de aardbeving in 2015, stond het plein nog volledig in de stijgers. Doordat de overheid het plein met alle oorspronkelijke materialen wil herstellen, kost de renovatie hiervan tijd. Wij besloten het Durbar Square in Kathmandu om deze reden (en de hoge entreeprijs) dan ook over te slaan.
Het Chitwan Nationaal Park
Het Chitwan Nationaal Park is het oudste nationale park van Nepal en staat op de werelderfgoedlijst van UNESCO. Vanuit Kathmandu reis je er via Sauhara of Meghauli naartoe. Naast vogels en vlinders leven er meer dan zestig soorten zoogdieren in dit gebied dat uit droge grasvlakten, moerassig terrein en uitgestrekte bossen bestaat. Als je Chitwan besluit te bezoeken, is er een kans dat de je gepantserde neushoorn gaat zien.
Vanwege de weersverwachtingen werd ons in Kathmandu aangeraden om eerst de Annapurna trekking te doen en vervolgens naar het Chitwan Nationaal Park af te reizen. Als we dat niet zouden doen, zou de kans groot zijn dat de Thorong La Pas vanwege het winterweer afgesloten zou zijn voordat we zouden kunnen oversteken. Zij bleken gelijk te hebben. Omdat we sowieso het, minder toeristische, Bardia Nationaal Park wilden zien, besloten we Chitwan in zijn geheel over te slaan en vanuit Pokhara direct naar Lumbini door te reizen.
Het Annapurna Circuit
Het Annapurna Circuit is 260 kilometer lang en kan in twee tot drie weken worden afgelegd. De route voert om het Annapurna (Himal) bergmassief en bereikt een letterlijk hoogtepunt op de Thorong La pas op een hoogte van 5.416 meter. Wie de uitdaging aan wil gaan, kan zijn trip zowel in Kathamandu als Pokhara plannen. Wie geen zin heeft om het hele circuit (van Besisahar naar Nayapul) te lopen, kan er voor kiezen om het gedeeltelijk per bus af te leggen.
Algemeen
Vanwege onze minimale ervaring en het winterse weer, kozen wij ervoor om in Kathmandu een gids in te schakelen. Hij vergezelde ons niet alleen de gehele trip, maar regelde ook onze vergunning, onze aanmelding in het TIMS, ons vervoer en onze accommodaties. Wil je jezelf deze kosten besparen? Dan kun je ervoor kiezen om het Annapurna Circuit zelfstandig te lopen. Normaal gesproken zou dat geen problemen moeten opleveren.
Hoe verloopt de route?
Er zijn verschillende mogelijkheden om het Annapurna Circuit te starten en te beëindigen. In overleg met Himalaya Hub Adventures, liepen wij vanuit Ngadi (vlakbij Bhulbhule), via Jagat naar Dharapani, Chame, Pisang, Manang, Yak Kharka, Thorong High Camp, Muktinath en Jomsom. Vanwege het slechte weer, namen wij in één dag de bus naar Tatopani, in plaats van er via Ghasa in twee dagen naartoe te lopen. Samen met de busreis vauit Kathmandu (startpunt) en naar Pokhara (eindpunt), kostte de gehele trek ons twaalf dagen.
Meer lezen?
Ben je van plan om het Annapurna Circuit zelf te lopen en wil je wat meer informatie zodat je je hier beter op voor kunt bereiden? Lees dan het volgende bericht.
Pokhara
Hoewel Pokhara niet de dichtbevolkste stad van Nepal is, is het wel de grootste qua oppervlakte en de belangrijkste als het gaat om het toerisme in Nepal. De stad is ruimer opgezet dan hoofdstad Kathmandu en laat meer ruimte voor de natuur. Dankzij de nabijheid van het Annapurna bergmassief, starten en beginnen heel veel trekkers hun tocht door het gebied hier. De vele bars, cafés en restaurants die aan het meer liggen, vormen dan ook een welkome beloning na een lange trektocht.
Algemeen
Vanuit Tatopani neemt men gemakkelijk de bus naar Pokhara. Taxi’s die naast het busstation staan de wachten, brengen je gemakkelijk naar het hostel van jouw keuze. Voor €2,50 per persoon per nacht boekten wij een tweepersoonskamer met gedeelde badkamer in Bickey’s Homestay. Vanwege de rustige locatie in nabijheid van het water, het warme douchewater en de vriendelijkheid van de eigenaar, is dit zeker een aanrader.
Wat is er te doen?
Hoewel er in Pokhara meer dan voldoende te doen valt, kozen wij ervoor om onze benen te laten rusten en met een boek in de zon op één van de vele terrassen die over het meer uitkijken te relaxen. We vonden dat we dat na de vele kilometers en enorme kou wel hadden verdiend.
Heb jij na het Annapurna Circuit wel nog energie over of ben je al in Pokhara voordat je start? Dan biedt de stad naast tempels en musea, ook de mogelijkheid tot het verkennen van het Phewa Lake per boot, rafting, paragliding, mountainbiking, grotten en prachtige uitzichten vanuit Sarangkot en de World Peace Pagoda. Twijfel je of je moet gaan? Niet doen. Het is een heerlijke plek om een aantal dagen door te brengen.
Lumbini
In 563 voor Christus werd prins Siddhartha Gaumana, die later bekend werd als Boeddha, geboren in Lumbini. Dankzij verschillende opgravingen, die teruggaan tot de derde eeuw voor Christus, is Lumbini de belangrijkste archeologische vindplaats van Nepal. Een van de belangrijkste bezienswaardigheden is de Sacred Garden. Op deze plek bevinden zich onder meer de tempel Maya Devi, de Ashoka pilaar en de boeddhistische kloosters. Sinds 1997 staat Lumbini op de werelderfgoedlijst van UNESCO. Dankzij een sterke verbetering van de infrastructuur weten toeristen dit boeddhistische bedevaartsoord steeds beter te vinden.
Algemeen
Als de goedkoopste bussen vanuit Pokhara naar Lumbini al uitverkocht zijn, kun je voor 750 roepies (€6) de luxere, toeristische bus nemen. Eenmaal in Lumbini, logeer je al voor €2 per persoon in de Lumbini Garden Lodge. De locatie van deze (en alle andere guesthouses in de buurt) is perfect. Op loopafstand van verschillende restaurants en de Sacred Garden.
Wat is er te doen?
Hou je niet van cultuur? Dan is Lumbini absoluut niet de plek voor jou. Hou je er normaal gesproken niet van, maar vind je het niet erg om voor de afwisseling eens een keer een dag tempels te bezoeken? Dan is Lumbini daar de aangewezen plek voor.
Het is goedkoop, niet al te groot (waardoor alles op loopafstand ligt) en perfect om één dag door te brengen. Alle tempels bevinden zich namelijk binnen een groot complex en zijn te voet, per fiets of per tuk tuk allemaal (op één na) gratis te bezoeken. Alleen voor de Maya Devi tempel betaal je 200 roepies (€1,65) entree. Wil je langer blijven? Hoewel Lumbini goedkoop is, is de kwaliteit van de restaurants niet om over naar huis te schrijven.
Nepalgunj
Nepalgunj ligt in het zuidwesten van Nepal en vormt de grensovergang naar het Indiase Rupaidiha. Wie naar het Bardia Nationaal Park gaat, kan in Nepalgunj nog geld opnemen. Zover wij weten is dat in Ambasa en Thakurdwara niet meer mogelijk. Ook het betalen met een creditcard was in onze accommodatie niet mogelijk.
Algemeen
Vanuit Lumbini gaat er geen rechtstreekse bus naar Nepalgunj. Je dient daarom eerst de bus naar Butwal (Bus Park) te nemen. Wie dit, net als wij, niet weet, kan ook via Bhairahawa de bus naar Butwal nemen. Dit kost ongeveer 200 roepies (€1,65) per persoon, en duurt zo’n twee tot drie uur. In Butwal neem je vervolgens de bus naar Nepalgunj of (wanneer je gelijk naar het Bardia Nationaal Park wilt doorreizen) naar Ambasa of Thakurdwara. Voor deze busrit van ongeveer zeven uur, betaalden wij 470 roepies (€3,80) per persoon.
Omdat er op Booking.com geen enkele betaalbare accommodatie in Nepalgunj te vinden was, besloten we er zelf een te zoeken. In een zijstraat van waar de bus ons afzette, vonden we het Durbar Hotel, dat ons voor 400 roepies (€3,25) per persoon een tweepersoonskamer met badkamer bood. Omdat het al laat en donker was en wij geen zin hadden om het hotel te verlaten om te eten, aten we in het hotel zelf.
Wat is er te doen?
Nepalgunj was voor ons slechts een plek om te overnachten en om (na ons bezoek aan het Bardia Nationaal Park) de grens naar India over te steken. Wij hebben er dan ook buiten een overnachting (voor) en een overstap (na het Bardia Nationaal Park), geen tijd doorgebracht.
Het Bardia Nationaal Park
Het Bardia Nationaal Park ligt vlakbij zowel Ambasa als Thakurdwara. Samen met het Banke Nationaal Park, dat eraan grenst, vormt het Bardia Nationaal Park het grootste tijgerreservaat in Azië. In vergelijking met het Chitwan Nationaal Park is het Bardia Nationaal Park ongerept en minder toeristisch. Ook leven er in dit (laatste) park meer Bengaalse tijgers, waardoor de kans dat je er hier een tegen komt groter is dan in Chitwan.
Algemeen
Voor een gedeeld taxibusje naar Ambasa betaalden we vanuit Nepalgunj 200 roepies (€1,65) per persoon. Vanuit hier moesten we voor 250 roepies (€2) per persoon nog een riksja naar onze accommodatie in Thakurdwara nemen. Neem je vanuit Nepalgunj een rechtstreekse bus naar Thakurdwara? Dan betaal je ongeveer 250 roepies per persoon.
Via Booking.com hadden we drie nachten in het Jungle Base Camp geboekt. Hoewel de accommodatie eenvoudig is, is het een absolute aanrader. Eigenaar en gids Hukum laat je er met zijn vrouw en twee kinderen welkom voelen. Om jou de aandacht te geven die jij verdient, neemt hij slechts een boeking per keer aan. Hoewel de accommodatie in het Bardia Nationaal Park een stuk duurder is dan in de rest van Nepal, is het een bezoek absoluut waard.
Wat is er te doen?
Een safari te voet in het Bardia Nationaal Park betekent grofweg dat je iedere dag tussen zeven uur ’s ochtends en vijf uur ’s avonds naar verschillende plekken in het park loopt in de hoop een glimp van een tijger of neushoorn op te vangen. Wat je hiervoor nodig hebt? Een eindeloze hoeveelheid geduld en camouflage-kleding.
Hoewel ons geduld de eerste dag al beloond werd met een tijger die zich, notabene tijdens onze lunch, op een afstand van twintig meter van ons liet zien, waren we te laat om een foto te maken. Voordat we ons toestel klaar konden maken, was de tijger alweer verdwenen. Geschrokken van onze luidruchtigheid, of gewoon op jacht. Zie je geen neushoorn of tijger? Dan zul je je in het Bardia Nationaal Park tevreden moeten stellen met herten, apen, vogels, pauwen, een jakhals en een python.
Wie, net als wij, in het laagseizoen gaat, loopt niet het risico dat er teveel mensen op één plek verblijven in de hoop dat ze een tijger zien. In ons geval waren we met maximaal twee tot drie gezelschappen (van twee personen exclusief gids) op een plek of helemaal alleen.
Wat kost het?
Een nacht in de accommodatie van Hukum kost 1.000 roepies (€8) per kamer. Voor het ontbijt, de lunch en het diner betaal je 850 roepies (€6,80) per persoon per dag. De kosten van een safari (te voet) is inclusief de entreeprijs van het park van duizend roepies, en kost 3.500 roepies (€28) per persoon. Wie er twee dagen en drie nachten verblijft, betaalt ongeveer €30 per persoon.
In Amabasa en Thakurdwara kun je geen contant geld opnemen. Ook het betalen met een creditcard was in onze accommodatie niet mogelijk. Zorg er daarom voor dat je altijd voldoende contant geld meeneemt voordat je naar het Bardia Nationaal Park vertrekt.
Wil je liever een jeepsafari? Dan kun je een groter deel van het park verkennen, maar zul je nog steeds regelmatig uit moeten stappen om te wachten tot dat de tijger zich laat zien. Voor een jeepsafari betaal je zo’n 9.000 roepies (€72) voor een halve dag en 12.000 roepies (€96) voor een hele dag. Deze prijzen zijn exclusief de entreeprijs van het park.
Reisinformatie
Wat regel je voor vertrek?
De GGD raadt een vaccinatie tegen Hepatitis A, DTP en buiktyfus aan voordat je naar Nepal vertrekt. Blijf je er langer? Dan kan het zijn dat je meerdere inentingen nodig hebt. Hoewel het ook in Nepal kan, raadt het consulaat aan dat je je visum voor Nepal al voor je vertrek in Amsterdam regelt. De rijen op het vliegveld zijn namelijk zo lang, dat je het risico loopt dat je bagage al van de band is gehaald voordat je door de douane heen bent.
Ook wij besloten van tevoren in Amsterdam een visum te regelen. Daarbij kun je kiezen voor een visum van 15, 30 of 90 dagen. Voorafgaand vraag je via de e-mail een formulier aan bij het consulaat. Vervolgens ga je met je paspoort, dit formulier, een pasfoto, contant geld (pinnen is niet mogelijk) en een bewijs van je reisdata (bijvoorbeeld een vliegticket of boeking) naar het consulaat. Het visum is vervolgens tot zes maanden na uitgifte geldig en gaat in op het moment dat je Nepal binnenkomt. Voor een visum betaalden wij (inclusief kosten om het direct te prepareren) €62,50 per persoon.
Was het achteraf gezien nodig geweest om dit al van tevoren in Amsterdam te doen? Nee. Uiteindelijk hebben wij zelf juist lange tijd aan de bagageband moeten wachten en is het visum in Kathmandu de helft goedkoper.
Wat kost het?
Hoewel we in Nepal rekening hadden gehouden met een gemiddeld dagbudget van €20 per persoon, hebben we uiteindelijk ongeveer €30 per persoon uitgegeven. Onze reden? We besloten onze trekking door de Annapurna door een bureau in Kathmandu te regelen en een gids mee te nemen.
Sla je de Annapurna over of loop je deze zonder gids of bemiddeling van een tourbureau? Dan zul je een stuk goedkoper uit zijn. In de rest van Nepal gaven wij namelijk gemiddeld €20 per persoon per dag uit. Daarbij betaalden we ongeveer €3,50 voor de accommodatie, €6,50 voor het eten en drinken, €2,50 voor het vervoer en €7,50 voor alle overige kosten.